top of page

De Zolderbeleggers - #20 Het morele aspect van beleggen

  • Writer: Jan van Rijnbach
    Jan van Rijnbach
  • May 22, 2021
  • 3 min read

Dag luisteraars!


In de 20e aflevering van De Zolderbeleggers gaan we in op het morele aspect van beleggen. In welke sectoren wil je niet zitten? Welke bedrijven of regio’s vermijd je? In principe wil je spreiden om zo alle voordeeltjes mee te pakken – maar misschien niet voor elke ethische prijs. Verder gaan we in op de Europese groeicijfers, op gehaktdag in Nederland, en hebben we het over de aanval van Michael Burry op Tesla.

Deze blogpost gaan we in op de volgende factor. Na value, size, en momentum besproken te hebben, gaan we nu verder met: Quality.


Het kopen van kwaliteit – een inkoppertje?

Dat de kwaliteit van het aandeel ertoe doet, lijkt bijna uit de semantiek te vloeien van het woord: Natuurlijk wil je geen ‘slechte kwaliteit’ kopen. Maar wat is het eigenlijk? Het is in de factoren van aandelen dus in ieder geval wat anders dan value, sterker nog, price-to-book heeft er niets mee te maken.


Het definiëren van kwaliteit wordt door de MSCI Quality Index gebaseerd op drie variabelen: 1) Return on equity: Hoe hoger dit cijfer, hoe effectiever een bedrijf is in het toepassen van investeringen in het genereren van groei.

2) Debt to equity: Hoe lager, hoe beter – dan is er minder relatieve schuld binnen het bedrijf.

3) Earnings variability: Hoe minder variatie, hoe beter – dan is de winstgevendheid redelijk stabiel.


Bedrijven met weinig schuld en veel capaciteit om groei te verwezenlijken, om echte cashflow- en winstmachines te worden/blijven, zijn uiteraard aantrekkelijk. Maar blijkbaar – volgens de gehele markt – niet aantrekkelijk genoeg; want dan zou de prijs hoger moeten zijn, terwijl in de praktijk blijkt dat deze bedrijven qua prijs minder waard zijn dan ze ‘zouden moeten zijn’. Dit vond ik zelf wat gek; mensen zouden in aggregaat een tikje risicoavers moeten zijn, en dan zouden dit soort bedrijven juist relatief méér aantrekkelijk moeten zijn, en dus duurder dan ze eigenlijk écht waard zouden moeten zijn. De reden zou dan vooral kunnen liggen in verkeerde modellen, die de lange termijnwaarde van quality te weinig inprijzen. Een andere reden zou kunnen zijn, dat het weinig ‘flashy’ bedrijven zijn die gewoon met een saaie bezigheid een stabiel groeiende cashflow binnenharken.


Alpha Architect, een vermogensbeheerder in de VS, benoemt in dit artikel dat de outperformance van quality ook kan komen doordat het een proxy is voor low-volatility, (NL: Lage volatiliteit, behandelen we volgende week). Ook is het een bijzonder handige toevoeging kan zijn als je andere factoren wil vangen. Stel dat je mikt op value, dan kan je de absolute bullshitbedrijven eruit filteren door een minimale kwaliteitseis toe te voegen voordat je het in je fonds/portfolio opneemt. Veel waarde ETFs doen dit echter al door niet alleen op boekwaarde te focussen, maar ook op ‘price-to-cashflow’ en ‘price-to-earnings’. Kwaliteit is ook zeker te vinden aan de andere kant – in de groei – door niet alleen te kijken naar winst- of omzetgroei, maar ook naar de schuld van het bedrijf en of de winstgroei wel duurzaam is. Onderstaand nog een plaatje hoe Quality het relatief doet:





Tot slot

Wat is dan een fijne quality ETF? Zelf target ik het niet direct met een ETF – al ben ik erg blij dat mijn value ETFS (ZPRX en ZPRV) het indirect targetten, omdat de index waar het op gebaseerd is, ook mikt op die ‘price-to-cashflow’ en ‘price-to-earnings’. iShares Edge MSCI World Quality Factor UCITS ETF (Ticker: IWQU) kan een leuke toevoeging zijn. Hoe ze het zelf zeggen:


‘WAAROM IWQU?

  1. Een belegging in een deelgroep van aandelen uit de MSCI World met solide en stabiele winsten

  2. Directe toegang tot het rendement van wereldwijde ondernemingen met solide en stabiele winsten

  3. Een wereldwijde belegging, met de nadruk op aandelen met solide en stabiele winsten’


Eigenlijk vond ik dit eruit zien als een grap met hun driemaal ‘solide en stabiele winsten’, maar dan weet je in ieder geval wel dat daar de focus echt ligt. Het zal je ook niet verbazen dat de grootste holdings Microsoft, Apple, Facebook, en Google zijn als winst- en cashflowmachines. Zelf vind ik de PE-Ratio van 28 ietwat aan de hoge kant, maar daarmee heb je wel een goede lading aan kwaliteitsbedrijven.


Tot volgende week!

Jan


Volg ons ook op Spotify 'De Zolderbeleggers' en Instagram op @Beleggenmetomeduo


Tags: Beleggen, Investeren, Stocks, Aandelen, Beginnen met beleggen, Economie




Comments


Post: Blog2_Post
bottom of page